Praatpaal keert terug bij Rijkswaterstaat als laadpaal voor elektrische auto’s
12 juli 2018
Een jaar nadat de praatpalen langs de snelwegen zijn uitgeschakeld en verwijderd, heeft Rijkswaterstaat opnieuw een praatpaal in gebruik genomen. Directeur-generaal Michèle Blom heeft vandaag in Utrecht als eerste een elektrische auto aangesloten op een laadpraatpaal. De traditionele praatpaal is geüpcycled tot een modern laadstation waarbij met de nieuwste laadtechnieken tegelijkertijd twee voertuigen kunnen worden opgeladen.
Bij een aantal markante locaties van Rijkswaterstaat komen laadpraatpalen om elektrische dienstvoertuigen op te laden. Vandaag is een laadpraatpaal bij gebouw Westraven in gebruik genomen en later dit jaar volgen onder andere het Topshuis op het werkeiland Neeltje Jans, Verkeerscentrum Nederland in Utrecht en de Automotive Campus in Utrecht. De laadpraatpalen hebben het iconische uiterlijk van de praatpaal behouden en zijn geschikt voor het opladen van alle typen elektrische auto’s. Rijkswaterstaat heeft op dit moment 100 elektrische auto’s in gebruik.
Ruim vijftig jaar konden weggebruikers met pech langs de snelweg hulp inschakelen via de gele praatpalen. Omdat automobilisten tegenwoordig hun mobiele telefoon gebruiken als ze met pech langs de weg stranden, zijn alle 3.300 praatpalen op 1 juli 2017 uitgeschakeld en vervolgens verwijderd. Rijkswaterstaat wilde dit duurzaam realiseren en heeft gekozen voor een concept van Ecoleon waarbij de praatpalen zijn geüpcycled. De palen hebben een nieuwe bestemming gekregen als laadpaal voor elektrische auto’s, fietsen en scooters.
De plaatsing van de geüpcyclede praatpalen sluit aan bij de ambitie van Rijkswaterstaat om in 2030 circulair te werken. Dit is werken zonder afval te produceren, hoogwaardig hergebruik van materialen en bij het ontwerp al nadenken over toekomstig hergebruik.